Trainen in groepjes van 2. Kan dat? Hier wat tips…

Voor een normale training kan je vele oefeningen bedenken die leuk en leerzaam zijn voor jongste jeugd, pubers of volwassenen. Toen kwam corona en werd het voor de volwassenen al wat lastiger doordat je 1,5 meter afstand moest houden.

Partijtje met 1,5 meter afstand: balbezit met 3x bal aanraken

Je kan dan nog steeds heel veel oefeningen doen zolang er geen “duel” gespeeld wordt. Afrondingsoefeningen, verleggen van het spel, etc. Heel veel kan, zelfs een partijtje. Hoe dan? Je mag geen duel spelen (dus je kan de bal niet rechtstreeks afpakken), maar als bij balbezit mag je de bal als speler maar 3x aanraken dus moet je wel overspelen en kan je via een onderschepping de bal veroveren. Dit gaat vrij aardig en het is zeer goed voor het positiespel.

Trainen in groepjes van 4 of 2

Vervolgens werden voor volwassen de regels nog verder aangescherpt en was training in groepjes van 4 (en nu 2) alleen toegestaan. Kan je dan nog wel trainen? Ja zeker, er zijn genoeg oefeningen te bedenken met groepjes van 4 of 2.

Hierbij wat voorbeelden:

  • Techniek: overslaan, pushen, flatsen, backhand, slaan, etc.. Dit kan je ver en dichtbij met elkaar doen (uitelkaar)
  • Techniek: slalom, mijnenveld (door heel veel pylonen die dicht op elkaar staan slalommen), “passeerbewegingen” (trucjes, liften, etc.), etc. Deze oefeningen altijd doen vanaf 23 meterlijn zodat je kan afronden op het doel.
  • Afronden op doel. Je kan heel veel afrondingsoefeningen doen van alle kanten op rand of in de cirkel, waarbij die speler wordt aangespeeld door een 2e speler die buiten de cirkel of 23 meterlijn staat. Makkelijkste is: 1 speler op kop cirkel de andere op 23 meterlijn (met heel veel ballen) => speler op kopcirkel op diverse manieren inspelen (die speler moet z.s.m. scoren). Je kan variëren van plek waar je de speler in speelt.
  • Afronden op doel: voorgeven. Plaats 2 pylonen links en rechts ter hoogte van het aangeefstreepje op de 23 meterlijn. De ene speler speelt de bal breed naar de andere speler die een slalom maakt naar de achterlijn en de bal voorgeeft terug naar de 1e speler (die one-touch) afrondt.
  • Hoge bal trainen bv. aannemen van de bal en direct scoren
  • Grens” spel => tegenover elkaar staan (achterlijn en 23 meterlijn), met een elk doeltje van pylonen (3 meter breed). Probeer te scoren via een push, flats, slag, etc. . Je kan dit uitbreiden door voor elke speler 2 doeltjes (1 meter breed) te plaatsen, zodat je moet kiezen en rennen tussen de 2 doeltjes
  • Etc. etc. etc.

Techniek of conditie?

Op bovenstaande oefeningen kan je heel veel varianties maken, door de startpositie steeds te veranderen over het gehele veld. Wil je de nadruk leggen op techniek, dan moet je de oefeningen kort en klein houden, waarbij je barrières kan maken (pylonen, balken, etc.) waar spelers omheen moeten. Wil je de nadruk leggen op conditie, dan maak je de oefeningen groot over een heel veld of verleg je “looplijnen” waarbij spelers eerst om een pylon moeten rennen voordat ze de bal kunnen ontvangen.

Kortom, wees creatief en veel succes en plezier

Share
, ,

Post navigation